Tweetocratie

Afgelopen week is bij een vestiging van de opticiens waar Jan Smit reclame voor maakt voor mij de teerling geworpen: de afgelopen twee jaar is m’n blik op de wereld letterlijk veranderd.

Het is best confronterend als je gezichtsvermogen zo achteruit is gegaan.

Aan de andere kant: als ouderdom met gebreken komt, is dit een geaccepteerd ‘gebrek’.

13012017

Als het om gebreken gaat doet Twitter ook leuk mee. Niet dat er op zich iets mis is met het tweeten van (on)zinnige teksten.

Het spek stinkt pas als onze hedendaagse politici niet de politieke arena of traditionele media gebruiken om hun standpunten voor het voetlicht te brengen, maar hun heil zoeken in de onvermijdelijke afgemetenheid van Twitterberichtjes. In hooguit honderdveertig karakters je mening uiten betekent vaak gebrek aan diepgang.

Guus Valk schreef op 7 januari in ‘Elke tweet is goed voor uren rumoer’ in NRC Handelsblad: “Hij heeft de pers aan de ketting van zijn Twitteraccount gelegd, en een groot deel van de politieke verslaggevers gedegradeerd tot Twitter-watchers.”

Valk heeft het over Presidentelect Donald Trump, de Amerikaanse Twitter-evenknie van Geert Wilders.

Geert en Donald mijden persconferenties en talkshows, informeren hun achterban via Twitter en houden op deze manier zowel het initiatief als de regie.

Hun tweets zijn comfortabel eenrichtingsverkeer, maar politiek bedrijf je niet in one-liners, soundbites en afgepaste berichtjes die je op een vloeitje kwijt kunt.

Kort en bondig is prima, maar politiek versimpelen in plaats van duiden en verduidelijken?

In het straatje van Trump en Wilders komt het goed te pas niet al te uitvoerig te hoeven informeren. Informeren is immers niet hetzelfde als communiceren. Daarom moeten de tweets van beide mannen – in de regel vrijpostig en visieloos – met gepast wantrouwen worden behandeld.

Beiden vallen aan als eerste verdediging, iedereen mag op alles wat ze online posten schieten en ze antwoorden slechts zeer sporadisch, naar eigen goeddunken. En wat hen betreft kunnen de traditionele media de pot op.

Trump en Wilders maken van de democratie een tweetocratie. En het volk slikt de macht van het tweetende gelijk reuze gemakkelijk voor zoete koek, want lui en gemakzuchtig als ze is wil ze in de eerste plaats brood en spelen.

De 19,4 miljoen volgers van Trump en bijna 750.000 van Wilders vinden het online spelverdrijf wel best. En dan is het blijkbaar best moeilijk bescheiden te blijven wanneer je je zo goed vindt als zij.

Jammer dat door de kortheid en het niet interactief gebruik van het medium de politieke duiding simplificeert tot de online dorpspolitiek van Foelegem. Beide politieke kanonnen geven de democratie volop voer met echoënde tweets, waarvan elk exemplaar in elk geval reuring brengt of zelfs uren rumoer.

Twitter blijkt een geaccepteerd gebrek voor politici: een beperking.

Plaats een reactie